woensdag 26 december 2007

Kat en muis

Het is al weer een kleine 20(!) jaar geleden dat de computer z’n intrede deed in het vormgeversvak, Een Apple Macintosh wel te verstaan. Want die had -vonden de creatieven- zoveel grafische mogelijkheden dat deze de concurrentie met de PC glansrijk won. Hij was trendy, gebruiksvriendelijk en sloot naadloos aan bij de wensen van de reclamewereld. En dat is eigenlijk nog steeds zo.

Nog steeds heb ik mijn eerste ‘Apple-tje’: een vuilbeige kubus, draagbaar en met een zwart/wit beeldscherm van 9 inch. Zonder interne harde schijf. De floppy zorgde voor het zware werk. Als je ziet wat er nu digitaal mogelijk is, is het eigenlijk een lachertje dat we er destijds zo verrukt over waren. De eerste dagen stond de Apple mooi te wezen in een hoekje van de studio. Bij het passeren keken we sluiks uit onze ooghoeken. Toch wel een beetje eng, zo’n apparaat. We vroegen ons af of we er wel mee om konden gaan. Of het net zo leuk zou zijn om mee te werken dan met de hand. En of we deze verandering wel wilden. Uiteindelijk won de nieuwsgierigheid.

Aarzelend namen we om beurten plaats achter het toetsenbord. Hoe de anderen het ervaren hebben, weet ik niet, maar ik was al verkocht nadat ik het leerprogramma half doorlopen had. Hier wilde ik meer van weten! Uren van studie volgden. Steeds meer kleine opdrachten realiseerde ik met behulp van deze trouwe Apple. Nooit meer opnieuw beginnen na een omgestoten kop koffie, nooit meer zettekst letter voor letter versnijden om een woordje tussen te voegen, nooit meer gummen na een mislukt uitprobeersel. Je klikte simpelweg op ‘herstel’ en je ging weer door waar je gebleven was. (Dat we later tegen hele andere problemen op zouden lopen, moesten we nog ervaren!) Hoe hadden we ooit zonder gekund?

En toen kwam de opdracht voor een grote catalogus. Dé uitdaging op de Apple. En er was haast bij, en ik had de computer nog niet helemaal onder de knie. Dus de Apple (want draagbaar) ging in de avonden en weekenden mee naar huis. Ik raakte er helemaal verslingerd aan. Dagenlang zat ik nagenoeg non-stop aan de catalogus te werken en leerde met vallen en opstaan. Ontdekte steeds meer handigheidjes, maar viel ook in de eerste kuilen. Ik droomde ervan. En op een zonnige herfstdag was de opdracht klaar. Mooier dan we gehoopt hadden. Ik nam naast mijn computerwerk weer deel aan de ‘normale’ dingen van de dag. Ik vergeet nooit meer het moment waarop ik tijdens het afdrogen –ik was nog vaatwasserloos- een bord uit mijn handen liet glijden. Als vertraagd zag ik het bord op de tegelvloer terechtkomen, om daar in honderden stukken uiteen te vallen. In een fractie van een seconde schoot het door mijn hoofd: geen probleem, ik doe gewoon appletje-Z (oftewel herstel)....

Ank