zondag 30 mei 2010

Big business: afgedankte godshuizen


Verwacht wordt dat er de komende tien jaar zo’n 1.200 kerken op de markt komen. ‘Ze zijn erg gewild. Ik kan ze vaak zo kwijt.’

De kerk laten slopen en flink cashen? Of, minder lucratief, een andere bestemming zoeken, maar wel een fraai gebouw behouden? Dat is het dilemma waar veel kerkbesturen voor komen te staan. Naar schatting 1.200 kerkgebouwen zullen door de ontzuiling, de vergrijzing en fusies binnen de kerk de komende tien jaar leeg komen te staan. De afgedankte godshuizen kunnen een schitterend tweede leven krijgen, ware het niet dat kerkbesturen nogal eens dwarsliggen. Of om sentimentele redenen, of voor het geld.

De kerkhandel is big business. Het minimumbedrag dat men voor een kerkje neertelt is twee ton, het maximum ligt rond de 5,5 miljoen euro, volgens Mickey Bosschert, directeur van Reliplan. Dit in kerken gespecialiseerde makelaarskantoor heeft 63 kerken te koop staan. Bosschert: ‘Kerken zijn op het ogenblik zeer gewild. Ik kan ze vaak zo kwijt.’

Flinke investering Meestal zijn de kopers organisaties als woningcorporaties, zorginstellingen of gemeentes. Die maken er bijvoorbeeld appartementen, een ?gezondheidscentrum of een schouwburg van. Een enkele keer valt een gebouw ten prooi aan een projectontwikkelaar en komt er bijvoorbeeld een marketingbureau, klimcentrum, supermarkt of biercafé in. ‘Het vergt een flinke investering. Maar vaak levert het unieke objecten op, die maatschappelijk en economisch de moeite waard blijken’, zegt onafhankelijk adviseur Door Jelsma.

Bosschert heeft ooit een klooster met een flinke lap grond van de hand gedaan voor 12 miljoen euro. Die grond is waar het vaak om draait. Kerken liggen meestal in hartje stad en dat maakt het zeer gewilde bouwgrond. Kerkbesturen kiezen er vaak voor om de grond te verkopen aan een projectontwikkelaar. De kerk gaat dan plat, maar de spaarrekening wordt flink gespekt. Dat geld kan het kerkbestuur dan weer gebruiken voor het onderhoud van andere panden.

Emotie Het slopen van een kerk is vaak wel tegen het zere been van de gemeenschap, die zich emotioneel verbonden voelt met het gebouw. Bosschert: ‘Een kerk is een plaats die is omgeven met veel emoties. Mensen zijn er gedoopt of getrouwd en familieleden of geliefden begraven.’ Veel burgers verenigen zich in lokale of landelijke groeperingen om tegen de sloopplannen in het geweer te komen.

Herbestemmingen Ook vanuit het oogpunt van de kerk is herbestemmen vaak een netelige kwestie. ‘Vooral bij de rooms-katholieke kerk. Daar is het gebouw echt een heilige plek waar je lang niet alles mee kunt doen’, zegt Sander van Schijndel van adviesbureau PRC. ‘Een gezondheidscentrum, museum of school kan soms nog wel. Commerciëlere herbestemmingen zijn de kerken een doorn in het oog.’ Een pijnlijk voorbeeld hoe het voor de kerk mis kan gaan is de Bernadettekerk in Helmond, die nu een supermarkt is. Ook de St. Josephkerk in Den Bosch werd een flater voor het bisdom Den Bosch. Van Schijndel: ‘Dat is nu partycentrum Orangerie. Tegelijk met het gebouw is ook het interieur verkocht. Sta je een biertje te tappen onder Maria.’

Interieur Het kerkinterieur is om die reden vaak ook een twistpunt. Vooral van oude katholieke kerken kan zo’n interieur veel geld waard zijn. Echter, door de vele leegkomende kerken barsten de musea en depots al zowat uit hun voegen. Daarom krijgen kerken in katholieke landen als Oekraïne, Polen of Roemenië steeds vaker een complete inboedel cadeau. Zo worden Orangerie-achtige situaties voorkomen.

De 800 jaar oude Dominicanenkerk in Maastricht is tegenwoordig een filiaal van Selexyz boekhandels. De kerk had het gebouw al 200 jaar niet meer in gebruik en had daarom geen zeggenschap meer over de bestemming. De Britse krant The Guardian heeft Selexyz Dominicanen uitgeroepen tot mooiste boekwinkel ter wereld. Aller tijden. Bezoekers zijn vol lof. Maar voor de katholieke kerk is deze commerciële bestemming niet acceptabel. Misschien zou de kerk hierin wat minder star moeten zijn, zegt Jelsma.

Hoe mooi ook, een groot deel van de 1.200 leegkomende kerken zal worden gesloopt. Bosschert: ‘Wat ons betreft is dat er niet één. Maar er zijn veel kerken uit de jaren zestig die maar weinig culturele waarde hebben. Als het rendement voor sloop-nieuwbouw dan hoger is, moet je niet te moeilijk doen over slopen.’ Van Schijndel kan zich daar in vinden: ‘En als overheden toch proberen krampachtig kerken te behouden, dan moeten ze ook de ballen hebben om er zelf geld in te steken.’

Bron: de Ondernemer